Conflict in deze zeven Afrikaanse landen zorgt voor miljoenen vluchtelingen

Nieuws

De Afrikaanse Unie wil vluchtelingenstroom onder controle krijgen

Conflict in deze zeven Afrikaanse landen zorgt voor miljoenen vluchtelingen

Een kwart van alle vluchtelingen wereldwijd bevindt zich in Afrika. Oorzaak zijn vooral binnenlandse conflicten die escaleren of voortduren. De Afrikaanse Unie moet vooral oog hebben voor zeven conflicten, zegt de International Crisis Group. Een overzicht.

De jaarlijkse top van de Afrikaanse Unie staat dit jaar in het teken van de vluchteling. De denktank International Crisis Group geeft de leiders alvast een lijstje mee van landen die ze dit jaar best nauwlettend in de gaten houden, indien ze de vluchtelingenpopulatie niet verder willen zien aangroeien.

Eén op vier vluchtelingen wereldwijd bevindt zich vandaag in sub-Saharaans Afrika. Volgens het VN-vluchtelingenagentschap UNHCR zijn in de regio maar liefst achttien miljoen mensen ontheemd. De Afrikaanse leiders plaatsten het vluchtelingenvraagstuk dan ook niet zonder reden hoog op de agenda.

Indien de Afrikaanse Unie wil bijdragen aan de vrede en veiligheid in de regio dan zal ze zich dit jaar in deze zeven broeihaarden van conflict een meer actieve rol moeten toedichten.

1. Burundi

De aankondiging van president Pierre Nkurunziza dat hij een derde mandaat ambieerde, deed Burundi in 2015 in een zware crisis belanden. De massale straatprotesten, de mislukte coup en gewapende aanvallen van oppositiegroepen werden door overheid hard neergeslagen.

De Burundese overheid voert sindsdien een stille oorlog tegen gewapende groeperingen, maar onderdrukt ook de vreedzame stemmen. In mei vorig jaar werd in dit klimaat van angst en intimidatie een referendum georganiseerd waarmee een grondwetswijziging werd goedgekeurd. Op die manier heeft de regering haar macht geconsolideerd. Deze grondwetswijziging opent volgens het ICG de weg naar het afschaffen van de etnische quota in het parlement, de regering en de publieke bestuursorganen (ook in het leger). Na de genocide van de jaren ’90 zijn deze quota in het leven geroepen om de Tutsi-minderheid te beschermen.

Het ICG acht de kans groot dat de crisis in Burundi een gewelddadige afloop kent en vreest dat buitenlandse inmenging noodzakelijk kan worden.

2. Kameroen

Het land dat lang werd beschouwd als een eiland van rust in een erg woelige regio glijdt verder af naar een staat van burgeroorlog.

De protesten van oktober 2016 tegen het verplichte gebruik van het Frans in het onderwijs en rechtssysteem in de twee Engelstalige regio’s, waren de vonk in het kruitvat. Het halsstarrig negeren van de grieven van de gemarginaliseerde Engelstalige minderheid is de overheid zuur opgebroken. Het gewelddadig neerslaan van de protesten heeft de woede nog meer gevoed en heeft heel wat betogers in de armen van gewapende separatisten gedreven.

Ondertussen strijden maar liefst acht verschillende separatistische rebellengroepen tegen het leger en andere regeringsgezinde groeperingen. In de gevechten lieten al 500 burgers het leven. 30.000 burgers zijn naar buurland Nigeria gevlucht. En volgens de VN bevinden zich nog eens 437.000 vluchtelingen binnen de landsgrenzen.

Het ICG vindt dat er dringend maatregelen nodig zijn om vertrouwen tussen de strijdende partijen te creëren. De vrijlating van alle politieke gevangenen, een wederzijdse oproep tot een staakt-het-vuren en openlijke steun voor de opstart van een vredesproces moeten het land op weg helpen naar vredesgesprekken.

De Afrikaanse Unie heeft zich volgens het ICG lang genoeg afzijdig gehouden. De crisis in Kameroen moet volgens de denktank dringend op de agenda van de vredes- en veiligheidsraad van de Afrikaanse Unie worden geplaatst.

3. De Centraal-Afrikaanse Republiek

In 2018 kregen de hoofdstad Bangui en enkele andere grote steden opnieuw gewelddadige opstanden te verduren. Ze herinnerden ons aan het feit dat verschillende gewapende groepen nog steeds voor een erg wankel politiek klimaat zorgen.

Een belangrijk deel van de Centraal-Afrikaanse Republiek wordt gecontroleerd door pro-overheidsmilities, gewapende rebellengroepen, criminele netwerken en zogenaamde zelfverdedigingseenheden. De VN-vredesmissie MINUSCA is er niet in geslaagd deze groepen te neutraliseren. Het gevolg is een groeiend wantrouwen bij de bevolking ten aanzien van de de VN-blauwhelmen. Ook het eigen leger heeft de activiteiten van de verschillende milities niet aan banden kunnen leggen.

De humanitaire situatie blijft verontrustend. Meer dan een miljoen mensen sloeg op de vlucht en meer twee en een half miljoen mensen hebben hulp nodig.

Russische inmenging heeft de situatie in de Centraal-Afrikaanse Republiek bijzonder complex gemaakt. Sinds 2017 levert Moskou wapens aan de overheidstroepen en zorgt het voor de persoonlijke bescherming van president Faustin-Archange Touadéra. Tegelijk is Rusland gesprekken gestart met gewapende groepen in de Soedanese hoofdstad Khartoem. Deze Russische inmenging heeft de Afrikaanse Unie ertoe aangezet zelf onderhandelingen op te starten, eveneens in Khartoem. Deze maand leidden die onderhandelingen tot een vredesakkoord, dat weliswaar nog geratificeerd moet worden.

Het verleden leert het ICG dat akkoorden die afgesloten werden in een buurland vaker in gebroken beloftes eindigen. Vredesakkoorden afgesloten in de CAR daarentegen, vaak onderhandeld door religieuze spelers, kenden wel een bescheiden succes en wisten spanningen tussen bevolkingsgroepen wel te matigen. Het ICG raadt de Afrikaanse Unie daarom aan om in het licht van het vredesakkoord van Khartoem verdere onderhandelingen in de CAR zelf te organiseren en lokale actoren meer te betrekken om zo het draagvlak te vergroten.

International Crisis Group

Deze Afrikaanse landen staan op de rand van een nieuwe golf van geweld

International Crisis Group

4. Congo

De verkiezingen in de Democratische Republiek Congo deden de politieke spanningen in het land toenemen. Hoewel de nationale kiescommissie oppositiekandidaat Félix Tshisekedi een nipte overwinning toedichtte, wees de parallelle telling door de katholieke kerk op een verpletterende overwinning van Martin Fayulu, de andere oppositiekandidaat. Fayulu kreeg ook de steun van Jean-Pierre Bemba en Moïse Katumbi, twee kandidaten die uitgesloten werden van de verkiezingen. Resultaten die gelekt werden door medewerkers van de kiescommissie lijken Fayulu’s overwinning te bevestigen.

Uittredend president Kabila en zijn bondgenoten stuurden de resultaten wat bij. Hun eigen kandidaat, Emmanuel Ramazani Shadary, tot overwinnaar uitroepen, zou gezien het erg tegenvallende resultaat net iets te veel de wenkbrauwen doen fronsen. In plaats daarvan kozen ze voor de oppositiekandidaat die iets minder weerstand oproept.

Aanvankelijk bleven Afrikaanse en westerse diplomaten opvallend stil. Maar president van het voorzittende land van de Afrikaanse Unie, Paul Kagame, verraste met een gebalde verklaring waarin hij stelde ernstige bedenkingen te hebben bij de voorlopige resultaten. Hij riep op om de bekendmaking van de officiële resultaten uit te stellen en onderhandelaars naar Kinshasa te sturen om de situatie te ontmijnen.

Kinshasa reageerde snel om een interventie onmogelijk te maken: het Grondwettelijk Hof verwierp een klacht van Fayulu en weigerde de officiële bekendmaking uit te stellen. Nadat de ontwikkelingsgemeenschap van Zuidelijk Afrika (in het Engels afgekort als SADC) samen met verschillende regionale leiders Tshisekedi’s overwinning hadden erkend, stapte de Afrikaanse Unie af van de plannen tot bemiddeling.

Volgens de ICG heeft dit de reputatie van de Afrikaanse Unie beschadigd. Toch achten de onderzoekers de rol van de AU niet uitgespeeld. Afrikaanse leiders moeten Tshisekedi aanmoedigen om te bewijzen dat hij geen marionet is van Kabila: hij moet de hand reiken naar Fayulu en zo een breed gedragen coalitie uitbouwen. De vredes-en veiligheidsraad van de AU houdt ook best het oosten van het land in de gaten om te vermijden dat de spanningen de volledige regio van de Grote Meren ontwricht.

5. Somalië

Het vervalsen van de resultaten van de presidentiële verkiezingen in december is tekenend voor het nog steeds erg verdeelde land Somalië. De voortdurende onenigheid tussen de federale en regionale regeringen doet het land verder destabiliseren, stelt de ICG.

De verkiezingen, die verschillende malen werden uitgesteld, leverden uiteindelijk een overwinning op voor voormalig minister Abdiasis Mohammed, bijgenaamd Laftagareen. Zijn populaire tegenkandidaat, de voormalige leider van Al-Shabaab Mukthar Robow, bijgenaamd Abu Mansar, werd voor de zekerheid opgepakt en Ethiopische troepen werden ingezet om het protest in de kiem te smoren.

De federale overheid nam hiermee een groot risico: het wekte de woede op bij Robows grote achterban, wakkerde de anti-Ethiopische gevoelens aan en gaf een signaal aan andere oudgedienden van Al-Shabaab dat ook zij achter de tralies konden belanden. Het regime in Mogadishu heeft zo een kans laten liggen om de positie van Al-Shabaab te ondermijnen door de macht te delen met een lokale leider die een brug kon slaan met de salafistische gemeenschap.

De huidige onrust in de zuid-westelijke staat bewijst dat Mogadishu de controle over de regionale leiders wil behouden. De ICG waarschuwt voor de mogelijke gevolgen van dit krampachtig vasthouden van de macht door de centrale overheid.

UN Photo/Eskinder Debebe (CC BY-NC-ND 2.0)Een Somalische vluchtelinge in een kamp in Ethiopië UN Photo/Eskinder Debebe (CC BY-NC-ND 2.0)

6. Zuid-Soedan

Voor Zuid-Soedan kan 2019 het jaar van de kentering zijn. Na vijf moeilijke jaren waarin een burgeroorlog 400.000 levens eiste en bijna vier miljoen mensen ontheemd geraakten, lijkt er verbetering in zicht.

In september 2018 tekenden president Salva Kiir en zijn rivaal, de gewezen vice-president en huidig rebellenleider Riek Machar, een vredesakkoord waarmee ze beiden instemden. Ze lijken bereid de macht te delen. Sindsdien is het geweld afgenomen, waardoor ICG gelooft dat dit fragiele akkoord toch enige steun geniet.

De deal die onderhandeld werd door de Soedanese en Oegandese presidenten Omar al-Bashir en Yoweri Museveni verzekert helemaal niet dat daarmee nu ook een einde komt aan het conflict in Zuid-Soedan. Maar het opent de deur naar een nieuwe onderhandelingsronde die kan leiden tot een regering van nationale eenheid en uiteindelijk nieuwe verkiezingen.

Hoewel de Afrikaanse Unie vooral een ondersteunende rol speelde in deze vredesonderhandelingen kan de organisatie nog een belangrijke rol spelen door de volgende stappen richting duurzame vrede te faciliteren.

7. Soedan

Een golf van protest verspreidt zich sinds midden december door de dorpen en steden van Soedan. De beslissing van de regering om de broodsubsidies stop te zetten keerde als een boemerang in haar gezicht terug.

Het gewelddadig neerslaan van de protesten kostte al heel wat levens en deed de spanningen toenemen. President Omar al-Bashir, die al sinds 1989 aan de macht is, bleef tot nu toe overeind door resoluut te kiezen voor de harde repressie. Maar de huidige omvang en de samenstelling van de protestbeweging, in combinatie met de onvrede binnen de top van de regerende partij, verkleinen steeds meer de manoeuvreerruimte van Bashir. Los van de humanitaire kost kan verder bloedvergieten Soedans toenadering tot het westen ondermijnen en kunnen eventuele economische sancties de economische toestand verder verslechteren.

Het ICG raadt de Afrikaanse Unie aan om prioritair het geweld tegen de demonstranten te beperken door openlijk het dodelijke geweld af te keuren. Achter de schermen moet Bashir aangemoedigd worden een stap opzij te zetten door onder meer het aanbieden van asiel in een bevriend Afrikaans land.